Hoe vul je het Europees Schadeformulier in?

Het invullen van het Europees schadeformulier kan lastig zijn, vooral direct na een ongeval. Om je te helpen hebben we een handig stappenplan opgesteld. Hiermee krijg je gedetailleerde uitleg over elke stap, veelvoorkomende valkuilen en handige tips. Zo weet je precies wat je moet doen als je een ongeval hebt, of dat nu in Nederland of ergens anders in Europa is.

Stap-voor-Stap gids voor het Europees Schadeformulier

Het Europees schadeformulier ziet er overal in Europa hetzelfde uit. De voorkant is in de lokale taal en heeft mogelijk een andere vormgeving, maar de inhoud is gelijk. Je kunt hetzelfde formulier ook gebruiken in het Verenigd Koninkrijk, Turkije en Zwitserland. Alleen de achterkant kan per land verschillen, maar dat heeft geen invloed op de afhandeling. Let er wel op dat je alle onderdelen van het formulier doorloopt. Hieronder lopen we deze onderdelen stap voor stap met je door.

Stap 1: Datum en tijd van de aanrijding

Noteer de exacte datum (dag, maand, jaar) en tijd (uur, minuten) van het ongeval.

Tips:

  • Noteer deze gegevens direct na het ongeval om fouten te voorkomen.
  • Controleer het tijdstip. Bijvoorbeeld op je telefoon.
  • Vul de tijd in 24-uurs formaat in (bijvoorbeeld 14:30 in plaats van 2:30).

Stap 2: Locatie van het ongeval

Hier vul je de straatnaam, het huisnummer, de plaatsnaam en eventueel belangrijke punten in de omgeving (zoals een kruising).
 
Tips:
  • Beschrijf de plaats van het ongeval zo nauwkeurig mogelijk.
  • Gebruik kaartdiensten zoals Google Maps of Apple Kaarten op je smartphone voor de exacte locatie.
  • Weet je het precieze adres niet? Vul dan een duidelijk herkenbaar punt in. Zoals een supermarkt, school of een brandweerkazerne.
  • Gebeurde het ongeluk op de snelweg? Vermeld dan de snelwegnaam, het getal op het hectometer paaltje en het dichtstbijzijnde knooppunt.

Stap 3: Gewonden

Geef aan of er (ge)wonden zijn, zichtbare of niet-zichtbare. Dit kan bijvoorbeeld hoofdpijn zijn. Vul "ja" in als je twijfelt om problemen later te voorkomen.

Tip:

  • Wees niet te terughoudend bij het aangeven van verwondingen (bijvoorbeeld als je na het ongeval ergens pijn hebt zonder zichtbare wonden). Bij twijfel, kruis "ja" aan.

Stap 4: Materiële schade (behalve voertuigen A en B)

Geef details over beschadigde objecten zoals verkeersborden, hekken, caravans en aanhangwagens. Zijn er meer voertuigen beschadigd? Bijvoorbeeld bij een kettingbotsing? In dat geval vul je “ja” in bij de vraag of er nog andere voertuigen beschadigd zijn. Dit geldt ook als je bijvoorbeeld bent uitgeweken en een derde auto hebt geraakt. 

Voorbeeld: Bij een kettingbotsing van 4 voertuigen vullen partij 1 en 2 samen een formulier in, dan partij 2 en 3, en ten slotte partij 3 en 4.

Tips:
  • Controleer de omgeving voor eventuele schade aan objecten.
  • Bekijk ook of er objecten in- of op het voertuig beschadigd zijn.
  • Noteer de schade nauwkeurig en maak foto's als bewijs.
  • Vermeld bij een kettingbotsing altijd duidelijk wie als eerste op de ander reed. Kwam je zelf op tijd tot stilstand, maar reed er iemand bij jou achterop en werd je toen op je voorganger geduwd? Dan is er sprake van ‘doordrukken’. Het is belangrijk dat je dit op het schadeformulier vermeldt voor de beoordeling van de aansprakelijkheid.

Stap 5: Getuigen

Vul naam, adres, telefoonnummer en eventuele opmerkingen van de getuige in. Dit helpt bij het verhalen van de schade.

Tips:

  • Vraag getuigen direct om hun gegevens.
  • Laat getuigen zelf hun gegevens opschrijven zodat je geen fouten maakt in het noteren of overschrijven.

Gegevens Voertuig A & B

Bepaal wie Voertuig A bestuurde en wie Voertuig B. Op het Europees schadeformulier vul je links Voertuig A en rechts Voertuig B in. Beide partijen vullen afzonderlijk stappen 6 t/m 15 in. Hierover lees je hieronder meer.

Stap 6: Verzekeringsnemer

Vul de gegevens in van de verzekerde, zoals de eigenaar van het voertuig of leasemaatschappij.

Tip:

  • Weet je niet wie de verzekeringsnemer is? Bekijk dan de groene kaart van de verzekeraar.

Stap 7: Voertuig

Noteer het merk, type, kenteken en land van registratie van het voertuig. Is er een aanhanger zoals een caravan betrokken? Vul dan ook het kenteken van de aanhanger in voor extra duidelijkheid. Het kenteken van het trekkende voertuig (zoals een auto) blijft het belangrijkst omdat daar de verzekering aan gekoppeld is.

Tips:

  • Noteer het juiste kenteken voor schadevergoeding. Zonder het juiste kenteken is het heel lastig om de schade te kunnen verhalen bij de tegenpartij.
  • Gebruik de groene kaart bij twijfel over de registratie van het vervoermiddel.

Stap 8: Verzekeringsmaatschappij

Vul de naam van je verzekeraar, polisnummer en nummer van de groene kaart in. Noteer tot wanneer de verzekering geldig is en of het voertuig allrisk verzekerd is. Ben je verzekerd via een tussenpersoon? Vul dan die contactgegevens in. 

Kijk voor deze gegevens op de groene kaart die bij je verzekering hoort. Heb je die niet bij de hand? Vaak kun je deze informatie ook terugvinden in je persoonlijke online omgeving bij de verzekeraar.

Tip:

  • Weet je de naam van je verzekeraar of polisnummer niet? En kun je deze ook niet terugvinden? Dan kun je dit veld leeglaten en het formulier verderop ondertekenen (als je het eens bent met de toedracht natuurlijk). Het is niet nodig om te wachten met ondertekenen totdat de gegevens over je verzekeraar of polisnummer gevonden zijn. Wel moet er een kenteken bekend zijn.

Stap 9: Bestuurder

Vul de gegevens van de bestuurder in. Noteer hier ook informatie over zijn/haar rijbewijs. Zoals het rijbewijsnummer, de geldigheidsdatum en de categorieën waarvoor een rijbewijs is behaald. Let op: gaat het om een geparkeerde auto? Dan vul je 'geen bestuurder' in op het schadeformulier.

Tips:

  • Noteer alleen de gegevens van de bestuurder tijdens het ongeval.
  • Neem de rijbewijsgegevens nauwkeurig over.

Stap 10: Plaats van botsing

Teken een pijl waar de voertuigen elkaar voor het eerst raakten. Dit is soms een andere plek dan waar de zichtbare schade zit. Werd je linksachter geraakt? Dan teken je een pijl bij het type voertuig waarmee werd gereden op moment van het ongeval. Meer details kun je kwijt in het grote vlak bij stap 12; de toedracht. 

Tips:

  • Gebruik enkel een pijl om de plek aan te geven.
  • Bespreek met de andere partij of de markering klopt.

Stap 11: Waarneembare schade aan voertuigen

Beschrijf de zichtbare schade aan jouw voortuig. Doe dat zo uitgebreid mogelijk.

Tips:

  • Beschrijf alle schade, extern en intern.
  • Gebruik afkortingen zoals AZ (achterzijde).
  • Maak gedetailleerde foto's.

Stap 12: Toedracht

Zet een kruisje bij wat je deed tijdens het ongeval aan de kant van A of B. Tel het aantal kruisjes dat je hebt aangevinkt en vul dit onderaan in. Op die manier voorkom je dat de tegenpartij achteraf, na het ondertekenen van het formulier, extra kruisjes aankruist. 

Voorbeeld: Was je aan het parkeren of kwam je van rechts? Dan kruis je dat in dit onderdeel van het formulier aan.

Tips:

  • Bespreek de omstandigheden met de andere partij.
  • Oneens? Geef dit aan bij stap 14.

Stap 13: Situatieschets van de aanrijding

Geef meer details over hoe het ongeval gebeurde. Met als belangrijkste informatie:

  1. Wegsituatie, zoals kruisingen, objecten of personen
  2. Rijrichting van voertuigen A en B
  3. Hun positie op het moment der botsing
  4. Verkeerstekens, verkeerslichten én verkeersborden
  5. Straatnamen (of wegen)
  6. Eventueel andere betrokken voertuigen
  7. Locatie van eventuele getuigen
Maak een tekening van de situatie. Gebruik symbolen zoals pijlen voor rijrichtingen en markeer duidelijk de voertuigen. Ook is het toegestaan om de situatie te beschrijven in tekst als je dat prettiger vindt. 

Ben je het niet eens met wat de tegenpartij als situatieschets voor het ongeval geeft? Deel dan het vak door midden en maak allebei een tekening. Geef daarnaast bij stap 14 (ruimte voor opmerkingen) aan dat je het niet met elkaar eens bent. 

Tips:

  • Gebruik duidelijke pijlen of symbolen om de impactpunten aan te geven.
  • Bespreek met de andere partij of de markeringen kloppen.

Stap 14: Uw opmerkingen

Vul hier belangrijke details in en geef het aan als je het oneens bent met de tegenpartij. Doe je dat niet en zet je een handtekening? Dan ga je akkoord met de beschreven situatie op het schadeformulier. De informatie op het schadeformulier wordt na ondertekening als waarheid aangenomen.

Tip:

  • Gebruik objectieve en feitelijke beschrijvingen.

Stap 15: Ondertekenen schadeformulier

Zijn jullie het eens over wat op het schadeformulier staat? Onderteken dan beiden bij stap 15. Oneens? Geef dit dan duidelijk op het formulier aan voordat je tekent. Teken het formulier niet als je het niet eens bent met wat er is ingevuld. Spreek af wie het origineel en wie het doordrukvel krijgt. Maak altijd een foto van het origineel.

Wat doe ik met de achterzijde van het formulier?

De achterzijde vul je achteraf en apart van elkaar in.

Waar stuur je het formulier naartoe?

Kreeg je het ongeval met een motorvoertuig? Dan stuur je het schadeformulier naar de verzekeringsmaatschappij van het motorvoertuig. Was je een voetganger of fietser? Dan stuur je het schadeformulier naar je aansprakelijkheidsverzekeraar. Dit doe je ook als je vindt dat je zelf niet aansprakelijk bent.

Stuur ook naar je rechtsbijstandsverzekeraar als:

  • Je voertuig niet allrisk verzekerd is en je de ander verantwoordelijk vindt.
  • Je gewond bent geraakt door de ander.
  • Je als voetganger of fietser betrokken bent en de ander verantwoordelijk vindt.
  • Je niet verzekerd bent en de ander jou verantwoordelijk vindt.

Tips:

Doe geen aanpassingen na ondertekening. Dit kan grote gevolgen hebben voor het afhandelen van het ongeval. Ook kan het leiden tot een fraudemelding door de verzekeraar(s). Bel de politie als je er niet uitkomt of als je in een onveilige situatie bent.

Extra informatie en tips:

Algemene tips

  • Blijf kalm: Probeer kalm te blijven na het ongeval zodat je nauwkeurig kunt werken.
  • Veiligheid: Noteer het kenteken van de tegenpartij (maak desnoods een foto) en spreek af dat je samen een veilige plek opzoekt. 
  • Identificatie: Vraag directe identificatie (bijvoorbeeld rijbewijs of paspoort) van alle betrokkenen voor nauwkeurige gegevens.
  • Samenwerken: Werk samen met de andere partij(en) om correcte informatie in te vullen.
  • Foto's: Maak foto's van het schadeformulier, de locatie en de voertuigen als bewijs.
  • Controle: Bekijk het formulier samen met de andere partij voordat je het ondertekent om fouten te voorkomen.
  • Reserves: Zorg dat je altijd een schadeformulier in je voertuig hebt.

Wat als er gewonden zijn?

  • Bel onmiddellijk de hulpdiensten.
  • Zorg ervoor dat gewonden op een veilige plek wachten op medische hulp.
  • Maak een notitie van de gewondendetails in het formulier.
  • Soms kan een tegenpartij geen schadeformulier invullen omdat hij gewond is. Vraag de politie dan om het schadeformulier namens deze persoon in te vullen (mits de tegenpartij aanspreekbaar is). Als de tegenpartij niet kan meewerken aan het invullen, dan kun je de politie vragen om een politierapport te maken. Dit kun je later opvragen en komt in de plaats van het schadeformulier.

Invullen van geslacht op formulier

  • Het schadeformulier vraagt soms om jouw geslacht. Vul dit in conform jouw eigenschappen zoals vermeld op jouw identiteitsbewijs. Non-binaire personen kunnen dit veld leeg laten of een opmerking plaatsen.

Online invullen

  • Dit kan via MobielSchadeMelden.nl De meeste verzekeraars hebben een koppeling zodat de melding meteen bij hen binnenkomt. Natuurlijk krijg je zelf ook een kopie.
  • Die kun je doorsturen naar een niet-aangesloten verzekeraar of je rechtsbijstandsverzekering. Veel verzekeraars hebben een link naar MobielSchadeMelden.nl op hun website of in hun app staan. 

Waar kun je een Europees Schadeformulier opvragen?

  • Je kunt een Europees schadeformulier opvragen bij je verzekeringsmaatschappij. Vaak zijn deze ook beschikbaar via hun website om te downloaden en uit te printen.

Onvolledige informatie

  • Als je bepaalde onderdelen niet kunt invullen, zet dan een kruisje bij die velden of maak een notitie dat de informatie ontbreekt.

Betrokkenheid van een fiets(er)

  • Noteer de gegevens van de fiets (type, kleur) en de fietser (naam, adres, telefoonnummer).
  • Bij verzekeringsnemer en verzekeringsgegevens vul je de informatie van de aansprakelijkheidsverzekering in.
  • Is de fietser een derde partij (dus niet voertuig A óf B)? Voeg dan de eventuele schade aan de fiets toe bij stap 4: Materiële Schade.

Wat te doen bij druk om te tekenen?

Het is belangrijk dat je rustig blijft en goed nadenkt bij het invullen van het schadeformulier. Word je onder druk gezet om te tekenen terwijl je het niet eens bent met de inhoud van het schadeformulier? Weiger dan te tekenen. Noteer duidelijk op het formulier dat je onder druk werd gezet en vul je eigen kant van het verhaal in. Zet nóóit je handtekening als jullie het onderling niet eens worden. Bel in dat geval de politie en volg hun aanwijzingen.

Wat als je het grotendeels eens bent, maar niet helemaal?

Als je het grotendeels eens bent met de andere partij, maar zijn er een aantal punten waar je het niet over eens wordt? Maak dan je kant van het verhaal duidelijk bij stap 14 “Uw opmerkingen” en licht toe waarmee je het niet eens bent. Beide partijen kunnen dan alsnog het formulier ondertekenen, maar met vermelde uitzonderingen.

Meer hulp bij aansprakelijkheid in het verkeer?

Bekijk dan ook eens onze andere artikelen over dit thema. Of maak een keuze uit de onderwerpen hieronder.