Als je je baan verliest, bijvoorbeeld door reorganisatie, kun je een vaststellingsovereenkomst krijgen. In de vaststellingsovereenkomst (of VSO) staan afspraken die jij en je werkgever maken over bijvoorbeeld de ontslagvergoeding en de datum waarop je uit dienst gaat. Je hoeft niet in te stemmen met een vaststellingsovereenkomst. Je kunt een VSO dus afwijzen. Of het verstandig is om wel of niet akkoord te gaan met een vaststellingsovereenkomst hangt af van verschillende zaken. Krijg je een vaststellingsovereenkomst aangeboden, bijvoorbeeld vanwege een reorganisatie en wil je weten waar je op moet letten? Lees dan onze tips over de vaststellingsovereenkomst
Krijg je een beëindigingsovereenkomst aangeboden? Kijk of er geen dingen in staan die je mist of die niet kloppen. Denk hierbij aan een ontslagvergoeding, datum van beëindiging en hoe je vakantiedagen krijgt uitbetaald. Schrijf vragen en opmerkingen op, zeker als je het niet eens bent met de vaststellingsovereenkomst.
Als je vragen of opmerkingen hebt over de beeindigingsovereenkomst, bespreek ze dan met je werkgever. Luister goed naar wat je werkgever zegt en stel vragen als je iets niet begrijpt. Blijf neutraal en probeer niet in discussie te gaan. Doe geen toezeggingen als je werkgever een voorstel doet. Als je werkgever een voorstel doet, bijvoorbeeld over een ontslagvergoeding, vraag dan of hij dat schriftelijk bevestigt en vraag bedenktijd. Teken de vaststellingsovereenkomst niet voor akkoord, hooguit voor gezien.
Als je ziek of arbeidsongeschikt bent, stem dan niet in met een vaststellingsovereenkomst. Bij ziekte of arbeidsongeschiktheid beschermt de wet je tegen ontslag. Tijdens de eerste 104 weken van uw ziekte of arbeidsongeschiktheid geldt een opzegverbod. Bovendien krijg je geen WW-uitkering als je niet beschikbaar bent voor de arbeidsmarkt. Je krijgt ook geen Ziektewetuitkering als je akkoord gaat met een vaststellingsovereenkomst zolang het opzegverbod tijdens ziekte geldt. Als je wel akkoord gaat, ziet het UWV dat als een ‘benadelingshandeling’.
Je hebt een wettelijke bedenktermijn nadat je de vaststellingsovereenkomst hebt getekend. Laat je niet onder druk zetten. De bedenktermijn is 14 dagen. De bedenktermijn gaat in nadat jij en je werkgever schriftelijk overeenstemming bereiken. De bedenktermijn moet in de vaststellingsovereenkomst staan. Staat de bedenktermijn niet in de overeenkomst, dan wordt die automatisch verlengd tot 3 weken. Binnen de bedenktermijn kun je alsnog van de vaststellingsovereenkomst afzien. Dat moet je wel schriftelijk (bijvoorbeeld per e-mail) aan je werkgever laten weten. Je niet te laten weten waarom je van de vaststellingsovereenkomst afziet.
Dingen als ontslag, vaststellingsovereenkomst en ontslagvergoeding zijn juridisch best ingewikkeld. Schakel op tijd een juridisch expert in die voor hulp bij de beoordeling van je vaststellingsovereenkomst. Als je het bijvoorbeeld niet een bent met de vaststellingsovereenkomst kan de jurist ook de eventuele onderhandelingen met je werkgever voeren. Wij helpen je graag.
Daarnaast heeft de vaststellingsovereenkomst mogelijk financiële gevolgen. In ons artikel over de vaststellingsovereenkomst en geldzaken staat waar je op moet letten, bijvoorbeeld als je een ontslagvergoeding krijgt.