Je kunt een aanvullende zorgverzekering afsluiten naast de (verplichte) basisverzekering. De zorgverzekeraar kan een aanvraag voor een aanvullende zorgverzekering echter wel weigeren. In dit artikel lees je wat je kunt doen als een verzekeraar jouw aanvraag voor een aanvullende zorgverzekering afwijst.
Het is verstandig om jaarlijks te controleren of je zorgverzekering nog aansluit bij jouw situatie. In november onderzoek je de mogelijkheden bij verschillende zorgverzekeraars en besluit je een andere aanvullende zorgverzekering aan te vragen dan je bij je huidige zorgverzekeraar hebt. Je ontvangt al snel bericht van de verzekeraar: de aanvraag voor de aanvullende zorgverzekering is helaas afgewezen. Je wilt weten wat je hiertegen kunt doen.
Voor de aanvullende zorgverzekering bestaat (anders dan voor de basiszorgverzekering) geen wettelijke acceptatieplicht. De zorgverzekeraar kan een aanvraag voor een aanvullende ziektekostenverzekering dus weigeren, of de lopende aanvullende verzekering opzeggen. De zorgverzekeraar kan ook een tegenvoorstel doen met een andere dekking dan de gevraagde verzekering. Sommige zorgverzekeraars kennen een medische acceptatieprocedure of een wachttijd. Soms is de oplossing jezelf tot een andere zorgverzekeraar te wenden, maar dat zal niet iedereen baten. Een te hoog risico voor de ene verzekeraar betekent vaak ook een te hoog risico voor de andere verzekeraar.
Als je het niet eens bent met de afwijzing van de zorgverzekeraar, kun je naar de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen (SKGZ). De SKGZ kan jouw klacht over de afwijzing van de aanvullende zorgverzekering in behandeling nemen. Voorwaarde is wel dat je het geschil eerst (schriftelijk)met de zorgverzekeraar zelf hebt proberen op te lossen. Als je er samen met de zorgverzekeraar niet uitkomt, dan staat het opstarten van een procedure bij SKGZ je vrij. Een procedure bij SKGZ is trouwens gratis. Ook is vertegenwoordiging door een advocaat of jurist niet verplicht.
Het indienen van de klacht gebeurt schriftelijk. Eerst bekijkt de ombudsman of hij kan bemiddelen. Ziet de ombudsman geen mogelijkheden of is bemiddeling niet succesvol, dan kun je het dossier voorleggen aan de Geschillencommissie. Bij de Geschillencommissie vindt (vaak) een hoorzitting plaats, die overigens vaak ook gewoon via de telefoon kan plaatsvinden. Na behandeling van de kwestie door de Geschillencommissie ontvang je een bindend advies. Zowel jijzelf als de zorgverzekeraar moeten het bindend advies van de Geschillencommissie van SKGZ volgen. Het geschil kun je daarna niet meer ter inhoudelijke beoordeling aan de rechter voorleggen. Een rechter kan het bindend advies alleen nog marginaal toetsen. Dat wil zeggen beoordelen of de Geschillencommissie redelijkerwijs tot dit oordeel heeft kunnen komen.
Een zorgverzekeraar mag jou immers weigeren als die verwacht dat de aanspraak op de gevraagde aanvullende zorgverzekering groot wordt en dit ook als motivatie heeft opgegeven. Er zijn echter meerdere redenen denkbaar waarom een zorgverzekeraar een aanvullende zorgverzekering weigert of de lopende aanvullende zorgverzekering opzegt. Denk hierbij aan een openstaande schuld, wanbetaling of fraude. Als je van mening bent dat er geen sprake is van een openstaande schuld, wanbetaling of fraude en dit kunt onderbouwen, is het zinvol om het geschil voor te leggen aan SKGZ.