08-11-2019 - Naar schatting duizenden mensen in Nederland met een ‘slapend dienstverband’ kregen vandaag eindelijk meer duidelijkheid: ze hebben recht op een transitievergoeding. Daarover deed de Hoge Raad vandaag uitspraak. Stichting Achmea Rechtsbijstand (SAR) verzocht in april de rechtbank Limburg om (via prejudiciële vragen) een richtinggevende uitspraak bij de Hoge Raad te vragen over dit onderwerp. Dat gebeurde in een proefprocedure die SAR in samenwerking met De Brauw Blackstone Westbroek voor een klant van SAR voert.
Stichting Achmea Rechtsbijstand komt voor ruim 850 mensen met een slapend dienstverband op. Naar schatting zijn er in Nederland duizenden mensen met een slapend dienstverband. Een slapend dienstverband ontstaat als een langdurig arbeidsongeschikte werknemer thuis zit en geen loon meer krijgt. De werkgever houdt deze werknemer toch in dienst en hoeft zo niet de wettelijke transitievergoeding te betalen. De transitievergoeding is de ontslagvergoeding waarop een werknemer recht heeft bij ontslag na een dienstverband van 2 jaar of langer.
Bert Kersten, gespecialiseerd jurist arbeidsrecht bij SAR: “De rechtspraak was tot nu toe verdeeld over de vraag of werknemers met een slapend dienstverband recht hebben op een transitievergoeding. Wij vonden het daarom van groot belang dat de Hoge Raad een richtinggevende uitspraak zou doen over deze problematiek.”